Sinds deze week is Richard Hoff de nieuwe voorzitter van de algemene kerkenraad. Met Annechien Cevaal spreekt hij over nieuwe kansen voor de Protestantse gemeente.
Wat heb je van jouw voorganger, Jan de Leede, meegekregen?
“Het is belangrijk dat we weten welk gebouw de thuiskerk van de geloofsgemeenschappen wordt. De onduidelijkheid belemmert de voortgang van het kerkelijk leven. We moeten op een punt komen waar de gemeenschappen weer bezig kunnen zijn met de inhoud.”
Is het PgH2024-proces het belangrijkste thema de komende periode?
“Het kost veel energie. Dat is heel logisch en verklaarbaar, maar we moeten het perspectief voor ogen houden. Het PgH2024-proces is geen doel op zich, we willen een vitale gemeenschap van Christus in Hilversum zijn. Dat is uiteindelijk waar we het voor doen.”
Wat heb je ervan gemerkt in jouw eigen geloofsgemeenschap, de Grote Kerk?
“In de Grote Kerk is behoefte aan een modernisering van het gebouw. We willen mensen beter kunnen ontvangen. Er zijn audiovisuele aanpassingen nodig. Op dit moment wachten we daarmee. Het is nu niet verantwoord om te investeren.”
Wat bindt ons als geloofsgemeenschappen binnen de Protestantse gemeente?
“Het geloof! De Bijbel gaat open. Christus wordt verkondigd. We bidden met elkaar. We zingen met elkaar. We delen met elkaar. We hebben veel gemeenschappelijks.”
Wat kan de algemene kerkenraad daaraan bijdragen?
“Op de achtergrond maakt de Protestantse gemeente veel mogelijk, kijk naar de gebouwen die we gebruiken. Zonder algemene kerkenraad raak je het contact met elkaar sneller kwijt.”
We gaan door een lastige tijd dat zet de gemeenschappen soms onder druk
“We bestaan al eeuwen lang. We zijn vaker door lastige perioden heen gegaan. Denk bijvoorbeeld aan de grote branden of scheuringen. Dat hebben we ook met elkaar doorstaan.”
Moeten we er misschien ook meer op durven vertrouwen?
“Dat vind ik wel een goede. Uiteindelijk zijn we geborgen in Gods hand. Gods geest werkt wel, maar we hebben er überhaupt geen controle over hoe de Geest waait.”
Je bent al eerder voorzitter geweest, maar besloot toen je functie neer te leggen. Wat maakte dat je nu weer ja kon zeggen?
“We hadden toen een beleidsplan aangenomen en voornemens vastgesteld. Vervolgstappen waren nodig maar die werden niet gezet. Op dat moment kon ik geen verantwoordelijkheid meer nemen voor die besluiten. Dat was een nuchtere constatering.
De nieuwe vraag overviel mij eerlijk gezegd wel een beetje. Ik was net een half jaar kerkrentmeester. Dat kon ik niet zomaar naast me neerleggen. Ik heb dit gelukkig goed kunnen bespreken binnen de Grote Kerk. Jan de Leede en Ina Buist gaven aan dat het belangrijk is dat iemand uit de Grote Kerk in het moderamen zit. Die inzet voor onze Protestantse gemeente ziet de Grote Kerk ook.”
Hoe zie jij de kerk zich ontwikkelen de komende vier jaar?
“Ik denk dat we ons kunnen laten inspireren door Vitamine G. Zij groeien. Dat vind ik gewoon hartstikke mooi. Ik gun het alle gemeenschappen dat ze weer op een frisse manier naar buiten kijken. Dat ze manieren vinden om ook weer andere generaties te binden.”
Het moderamen was vorige week al vol enthousiasme aan het brainstormen en nieuwe ideeën aan het maken.
“Ik besef dat de agenda van veel vrijwilligers vol zit. Dus moeten we met elkaar in gesprek gaan. Wat moeten we heroverwegen of schrappen? Dat is niet eenvoudig. Als je met veel plezier aan dingen hebt gewerkt, is het lastig om ze los te laten. Tegelijk zie ik nieuwe kansen waar we ruimte voor moeten maken.”



